Dag 2 “LOOK! A SEADOG!”

7 september 2016 - Dunbar, Verenigd Koninkrijk

Ja, dat soort foute engelse taal is een beetje onze humor in de notendop. Woordspelingen, flauwe grapjes en kleine pesterijtjes. We houden ervan, maar daar kom ik straks op terug.

Ik denk dat het 3 uur snachts is dat ik wakker word, Rianne maakt onder me gekke geluidjes en dat haalt me uit mijn slaap. Het blijkt dat ze ook in haar slaap gek word van de jeuk en is gaan krabben zonder het door te hebben. Held dat ik ben besluit mijn kussen naar beneden te slingeren en haar te waarschuwen, dat als ze niet stopte met krabben het wel eens erger kon worden. Dit werkt half, en ze stapt maar weer uit bed om zich weer in te smeren met een biologisch verantwoord goedje die haar was aangeraden door medewerksters van een bio-winkel. Het werkt half, maar ze valt gelukkig weer in slaap.

Rond 8 uur worden we gewekt door de speaker van de boot, het is nog 2 uur voor we aanmeren, en het ontbijt word geserveerd in het “seven sea’s” restaurant. Tijd om op te staan dus. Nogsteeds onder de rode vlekken zittend en stiekem krabbend en vlug gedouched nemen we deel aan het, overigens prima georganiseerde, ontbijt en genieten van een heerlijk vers geperst sapje. Maar de jeuk is er helaas nogsteeds, ietsjes minder dan voorheen, maar aanwezig. Om de irritatie te verminderen besluiten we nog maar even op bed te gaan liggen en de gedachten te verzetten. Dat lukt gelukkig en mevrouw ligt alweer vlug zachtjes te snurken.

Plots gaat de bel weer van de bootspeaker, of de bestuurders van de voertuigen op dek 5 zich die kant op willen begeven. That’s us, time to go!

Vlug doen we onze spulletjes weer in de tas en benen naar onze camper toe, vol spanning afwachtend tot we de boot af mogen. Gelijk als de aankomst op de boot, zijn we weer de laatste die er af gaan, wel ideaal, zo volgen we de auto’s voor ons richting de engelse linksrijdende wegen. We verlaten de boot, gaan langs de douane en draaien de weg op, richting de eerste rotonde. Ik ace de rotonde alsof ik nooit anders gereden heb! Welcome to England!

Op een parkeerplaatsje verderop besluiten we de eerste locatie te prikken, we willen meteen richting Schotland, richting Edinburgh. De superhandige app van de NKC (nederlandsecampergebeuren) laat alle mogelijke camperplaatsen en campings zien in Schotland met alle mogelijkheden en gebreken die zich daar bevinden. Na kort speurwerk vind ik een kandidaat, een dorpje genaamd Dunbar, aan de oostkust, 2 uurtjes rijden vanaf onze huidige locatie in Newcastle. Gelukkig wijst de tomtom mij de weg over wat rustigere paadjes langs de kust, zodat ik een beetje kan wennen aan de rijrichtingen in het land en levert het de eerste mooie uitzichten op. We besluiten even te stoppen op een plek waar we de keien aan de kust kunnen beklimmen en even van de zeelucht kunnen genieten. Het geeft een fantastisch gevoel van vrijheid. Maar we moeten verder, nog ruim een uur naar de eerste overnachtingsplaats. Dunbar naderend worden de straatjes smaller en de huisjes pittoresker. Zo banen wij ons een weg door het dorpje heen, zo de haven in. Waar op een heuveltje zich een pleintje bevind. We concluderen dat dat de gratis overnachtingsplaats moet zijn en parkeren we de camper, met de neus richting de kleine haven, omringd door oude ruïnes en uitzicht op de havenmond naar zee.

Rianne springt als eerst uit de camper, terwijl ik de nodige apparatuur afsluit, en hoor ik “Oh look! A seadog” roepen en gaat alvast vooruit terwijl ik de camper op slot draai. Er blijken drie zeehonden in de haven te zwemmen, die azen op de overblijfselen van vis die door de vissersboten overboord worden gedonderd. De beesten zijn dan ook goed doorvoed en vrij groot, af en toe hun kop boven water stekend aan de kade, alsof ze willen zeggen “he mens, gooi nog eens wat lekkers in het water? Dan hoef ik het niet zelf te zoeken”. Deze beesten zijn niet echt meer geschikt om op zichzelf te leven in de Noordzee, heb ik het idee. Een prachtig gezicht, dat is het wel.

Na een korte ontdekkingstocht door het dorpje en langs de ruïnes van de oude verdedigingsburcht die zich hier bevond word het tijd voor avondeten. De maal vanavond is een afscheidscadeautje van schoonmoeder Karla, namelijk Pörkult. Een pasta-achtig gerecht met tomaat, ui, knoflook en vlees. Heerlijk, nogmaals bedankt!

Uitgebuikt, afgewassen en vermoeid van de rit en jeukaanvallen besluiten we dat het tijd is voor de nachtrust. Rianne maakt, terwijl ik het bed in elkaar zet, een nieuw heksenmiddeltje (combinatie van verschillende oliën  die ze mee heeft) tegen de uitslag. Dit werkt vrijwel meteen verlichtend en we gaan lekker op bed liggen, met ons gezicht naar de sterrenhemel. Ons avontuur is nu toch echt begonnen!

Foto’s